Naam |
Waarde |
Ernst gebrek |
Datum uitspraak |
09 december 2008 |
Datum publicatie |
16 januari 2009 |
Soort bron |
ECLI:NL: |
Bronspecificatie |
GHSGR:2008:BH0024 |
Soort rechtspraak |
Belastingrecht |
Soort (rechts)college |
Gerechtshof |
Locatie (rechts)college |
's-Gravenhage |
Kamer |
Meervoudig |
Rolnummer(s) |
BK-06/00299 |
Middelen |
|
|
Jaren in geschil |
1999-2001 |
Branchecode |
78201 |
Branche-omschrijving |
Uitzendbureaus |
Inhoud |
In de gevallen waarin de afschriften van identiteitsbewijzen in de administratie ontbreken is het anoniementarief van toepassing. Belanghebbende heeft niet aannemelijk gemaakt dat de Belastingdienst bij de controle onzorgvuldig te werk is gegaan. De naheffing is vervallen in in de gevallen waarin belanghebbende redelijkerwijs kon menen een echt identiteitsbewijs overgelegd te hebben gekregen. De omstandigheid dat de naheffing na bezwaar uiteindelijk daartoe is beperkt wettigt niet de gevolgtrekking dat sprake is van onzorgvuldig handelen. Niet aannemelijk is dat de Inspecteur bij het opleggen van de naheffingsaanslagen in weerwil van bestaande jurisprudentie heeft gehandeld. In de gevallen waarin sprake is van een leesbare handtekening op het identiteitsbewijs die reeds bij eerste kennisneming duidelijk afwijkt van de naam van degene die in drukletters als de houder van het identiteitsbewijs vermeld staat kon na vergelijking met de loonbelastingverklaring duidelijk zijn dat sprake is van kennelijkge onjuistheden en is terecht nageheven. De boete wordt in verband met de overschrijding van de redelijke termijn verminderd. |
Wijze van administreren |
Digitaal-Handmatig |
Wijze van controle |
Gegevensgericht |
Omkering van de bewijslast gesteld? |
Redelijke bewijslastverdeling van toepassing |
Omkering van de bewijslast uitgesproken |
Redelijke bewijslastverdeling van toepassing |
Redelijke schatting correctie(s) |
Gedeeltelijk |
Is boete in stand gebleven? |
Gedeeltelijk |
Gewonnen/Verloren |
Niet aan de orde |
Bronverwijzing |
FUTD 2009-0150 |